Bevalling

Als je tijdens de zwangerschap bij een verloskundige onder controle bent geweest, kun je vaak kiezen of je thuis of poliklinisch in het ziekenhuis wil bevallen. De verloskundige kan op beide plaatsen je bevalling veilig begeleiden. De verloskundige krijgt bij een thuisbevalling hulp van een kraamverzorgende. In het ziekenhuis is er een verpleegkundige bij de bevalling.
Soms is er een medische reden om in het ziekenhuis te bevallen; je verloskundige of verloskundig zorgverlener bespreekt dit dan met jou. De afdeling waar je in het Albert Schweitzer Ziekenhuis in Dordrecht kunt bevallen, heet Rhena.

echo

Voorbereiding

Hier vind je tips en adviezen om je goed voor te bereiden op je bevalling. Een goede voorbereiding kan angst en onzekerheid wegnemen. Hierdoor kun je tijdens de bevalling beter ontspannen.

Voor een bevalling thuis of in het ziekenhuis heb je van alles nodig, bekijk deze checklist om te controleren of je alles hebt. Voor je alles los gaat kopen, vraag dan eerst na bij je zorgverzekering of je een kraampakket krijgt.

Wil je weten hoe het bij een bevalling in het ziekenhuis gaat, bekijk dan dit filmpje.

In de weken vlak voor de bevalling gaat jouw lichaam zich voorbereiden op de geboorte van je baby. Je kunt in deze periode te maken krijgen met voorweeën, die ervoor zorgen dat de baarmoedermond alvast soepeler wordt. Meestal kan je gewoon doorgaan met de activiteiten waar je mee bezig bent.

bevalling

Je lichaam & de bevalling

Normaal gesproken beval je tussen een zwangerschapsduur van 37 en 42 weken. Als de bevalling vóór 37 weken begint, is dat een reden om in het ziekenhuis te bevallen, onder begeleiding van een verloskundig zorgverlener van het ziekenhuis. Bij een zwangerschapsduur van 42 weken geldt het medische advies om je bevalling in te leiden.

Vanaf een zwangerschapsduur van 41 weken krijg je de mogelijkheid om te kiezen voor een inleiding. Je eigen verloskundige of een verloskundig zorgverlener zal de voor- en nadelen met je bespreken, om zo samen tot een goede keuze te komen. Bekijk hier informatiefilmpjes over inleiden.

bevalhoudingen

Bevalhoudingen

Als je tijdens je bevalling regelmatig van houding wisselt, dan heb je minder pijn. Ook duurt de bevalling korter. Als je bijvoorbeeld staand een wee opvangt, heb je minder pijn en duurt de bevalling vaak korter dan als je liggend bevalt. Jij bepaalt in welke houding je straks je baby op de wereld wilt zetten. Het is jouw bevalling.

Bespreek met je verloskundige welke houdingen jou fijn lijken. Dan heeft je verloskundige een idee hoe je graag wilt bevallen.

Thuis is het mogelijk om te bevallen in bad; het warme water werkt vaak ontspannend. In het ziekenhuis kan je ook in een bad bevallen, maar dat mag alleen met je eigen verloskundige en als je geen medische indicatie hebt.

bevalhoudingen

Video bevalhoudingen

Speciaal voor jou heeft een verloskundige uit het ASZ een video gemaakt over bevalhoudingen.  

bevalling

Fasen van bevalling

De ontsluiting
Een bevalling begint vaak met weeën, maar het kan ook beginnen met het breken van de vliezen. Als je weeën hebt, die om de de 4 à 5 minuten komen en die ongeveer 1 minuut aanhouden., zorgt dit voor de ontsluiting van de baarmoedermond. Bij een eerste bevalling vordert de ontsluiting gemiddeld een centimeter per uur. Bij een tweede (of volgende) bevalling gaat dit vaak een stuk sneller.

De uitdrijving
Als je 10 centimeter ontsluiting hebt, gaat de bevalling over naar de volgende fase: de uitdrijving. Tijdens het persen komt het hoofd van je baby steeds dieper in het baringskanaal. Je zult merken dat de weeën nu anders gaan aanvoelen en dat je de neiging krijgt om mee te gaan persen. Dit heet persdrang. Het is een reflex en is vaak moeilijk tegen te houden.

Wanneer je voor de eerste keer gaat bevallen, duurt het persen gemiddeld 1 uur. Als je al een keer eerder bevallen bent, duurt het vaak minder lang. Na de geboorte leggen we je baby meestal meteen op je buik. Dit is voor veel vrouwen een geweldig moment en een beloning voor het harde werken.

Je baby zit via de navelstreng nog vast aan de placenta (moederkoek) in de baarmoeder. Nadat de navelstreng doorgeknipt is, wordt de placenta geboren.

bevalling

Omgaan met pijn

Bevallen doet pijn. Weinig vrouwen zullen opkijken van deze uitspraak.

Er zijn verschillende manieren die kunnen helpen om met de pijn tijdens het bevallen om te gaan. Het belangrijkste is dat je kunt ontspannen tijdens je bevalling, omdat je dan zelf natuurlijke pijnstillers (endorfines) aanmaakt. Daarnaast kun je bijvoorbeeld gebruik maken van een TENS-apparaat als vorm van pijnstilling.

Een warme douche of een warm bad, massage of een andere houding kunnen ook helpen, maar toch kan de pijn soms onverdraaglijk zijn.

Bij een thuisbevalling is het geven van pijnstilling niet mogelijk. Na het geven van pijnstilling is het nodig om jou en je baby met extra apparatuur te bewaken, dit kan alleen in het ziekenhuis. Als er medicijnen nodig zijn om je pijn te verminderen en je werd tot dan begeleid door je eigen verloskundige, dan betekent dit, dat vanaf dan de verloskundig zorgverlener bij Rhena de verdere zorg voor je bevalling overneemt.

De verloskundig zorgverlener bespreekt met jullie welke vorm van pijnstilling mogelijk is, als er een pijnstillingswens is.

Vaak weet je niet of je pijnbestrijding nodig hebt, maar het is goed om van te voren te weten wat de mogelijkheden zijn, lees daarom: Pijnbestrijding tijdens de bevalling